Waarom vereren wij de H. Engelen?

In onze tijd zijn er twee richtingen: aan de ene kant ervaren wij, hoe de Engelen van verschillende kanten steeds meer in het bewustzijn van de mensen gebracht worden en aan de andere kant zijn er nog velen, die niet aan het bestaan van de Engelen geloven.

Zelfs binnen de Katholieke Kerk zijn er stemmen te horen, die menen dat men zich toch niet met zulke bijzaken van de theologie moet bezig houden. Er zijn toch waarlijk wel belangrijkere dingen om over na te denken en te doen.

Jezus is het middelpunt van ons geloof

Natuurlijk is onze Heer Jezus Christus, de Zoon van de eeuwige Vader, Die tot ons heil is mens geworden en Die voor ons aan het Kruis gestorven is, het middelpunt van ons geloof. Dit geheim wordt dagelijks in ons midden tegenwoordig gesteld bij de viering van het H. Misoffer.

Christus is echter ook het centrum van de wereld der Engelen.

Ze zijn van Hem, omdat zij door en voor Hem geschapen zijn en omdat Hij hen tot boodschappers gemaakt heeft van Zijn heilsplan. (Vgl. KKK 331) Deze zin maakt duidelijk dat de H. Engelen geheel op God, geheel op Jezus zijn gericht. En precies daar-heen willen zij ons leiden: tot Jezus in Zijn Woord, aan het Kruis en in de H. Eucharistie.

Daarom kunnen we op de vraag aan het begin, waarom wij de H. Engelen vereren, als eerste antwoord geven: omdat zij ons naar Jezus leiden. Dat is het veiligste kenmerk van een gezonde Engelen verering: de mensen komen dichter tot Jezus.

De H. Engelen leiden ons naar Jezus

Dat zien we al heel duidelijk bij de geboorte van Jezus, die wij een paar weken geleden hebben gevierd. De H. Engelen verschijnen de herders op de velden van Betlehem. Zij verkondigen hen de geboorte van de Messias en brengen ze zo naar Jezus in de kribbe. Zonder de H. Engelen zouden de herders niet bij de kribbe zijn gekomen, en dus niet bij Jezus.

Er bestaat een mooie zin: “En hij bracht hem bij Jezus”, in het Evangelie over de H. Apostel Andreas, die ook in onze kapel in Mechelen een vaste plek heeft. Nadat hijzelf Jezus had gevonden, sprak hij er ook over met zijn broer Simon (Petrus): “ We hebben de Messias gevonden….En hij bracht hem bij Jezus” (Joh. 1,41v). Dat is nu precies, wat ook onze H. Engelbewaarders willen doen: ze willen ons bij Jezus brengen.

Het is interessant, dat de H. Apostel Andreas ook nog op andere plaatsen in de Bijbel, waar hij persoonlijk genoemd wordt, mensen bij Jezus brengt (Vgl. Joh. 6,8-9; 12,20-22). Dat is zo'n echte engelen opgave: mensen naar God te brengen. Daarom is de H. Andreas ook de Patroon van het Engelenwerk.

De H. Engelen staan in dienst van Jezus

Zij kondigen het heil aan en staan in dienst van het goddelijk plan van de verwezenlijking hiervan (Vgl. KKK 332). “Vanaf de menswording tot de hemelvaart is het leven van het mensgeworden Woord omgeven door de verering en de dienst van de Engelen” (KKK 333).

St. Gabriël staat plotseling voor Zacharias in de tempel en verkondigt hem, dat God hem nog een zoon wil schenken, die de voorloper zal zijn van de Messias, Jezus, en Hem de wegen zal bereiden.

Maria BoodschapZes maanden later staat dezelfde Engel voor Maria, om haar in te wijden in het Goddelijke plan van de Menswording. Hij staat helemaal in dienst van Jezus, Die mens wil worden. Hij helpt Maria, om het heilsplan van God te begrijpen en vraagt haar om haar “Jawoord”, om haar medewerking in dit heilsplan. Maria ziet in, dat God haar hiertoe roept, door middel van de Engel, en geeft hem haar deemoedige antwoord: “Zie de dienstmaagd des Heren, mij geschiede naar Uw woord”.

Wij zien aan dit voorbeeld, hoe de H. Engelen ons willen helpen, om Gods heilsplan in het algemeen en heel bijzonder in ons persoonlijke leven dieper te begrijpen en doeltreffend daaraan te beantwoorden.

De leer van de Kerk over de H. Engelen

Met dit rondschrijven willen wij beginnen met een serie van geestelijke onderrichtingen, die ons meer met de wereld van de H. Engelen vertrouwd zullen maken en met de onderlinge betrekkingen tussen mens en Engel. Wij steunen hierbij vooral op datgene, wat we over de H. Engelen in de H. Schrift horen, en op datgene wat ons de Katechismus van de Katholieke Kerk leert.

Dit helpt ons ook om steeds meer duidelijkheid te krijgen in onze tijd, over dat, wat een Engel is en hoe we met hem kunnen samenwerken. Want daarover bestaan tegenwoordig zeer verschillende meningen op de markt. Niet ieder boek over de Engelen leert ons datgene, wat de Kerk ons over de Engelen leert. Er bestaan nu zeer vele esoterische voorstellingen over de Engelen, daarom is het belangrijk, dat men weet, wat de Kerk ons over de Engelen leert, uitgaande van de Bijbel en de traditie.

Over het bestaan van de Engelen

Dat er Engelen bestaan, is een katholieke geloofswaarheid. De wereld van de Engelen is een realiteit, die wij dagelijks ontmoeten, en ten opzichte waarvan wij onze houding moeten bepalen. In de KKK, die als het ware een overzicht over heel het geloofsgoed van de Katholieke Kerk geeft, staat te lezen in het gedeelte over God, de Schepper:

“De apostolische geloofsbelijdenis belijdt dat God “Schepper is van hemel en aarde” en de geloofsbelijdenis van Nicea-Konstantinopel zegt nog uitdrukkelijker: (…) van al wat zichtbaar en onzichtbaar is” (KKK 325). Ze bestaat, deze onzichtbare wereld, ook hemel genoemd. Voor een Christen en Katholiek zou de omgang met deze wereld heel natuurlijk moeten zijn, ja, tot ons dagelijks leven moeten behoren”.

In de H. Schrift betekent de uitdrukking “hemel en aarde” al wat bestaat, heel de schepping”, zo gaat de Katechismus verder (326). Door “en” zijn beide werelden verbonden, “hemel en aarde”, door een band verenigt, op elkaar gericht. Beide werelden hangen met elkaar samen (Vgl. KKK 326).

De H. Engelen in de liturgie

Een vorm van vroomheid van de Katholieke Kerk, die ons dagelijks leidt tot een persoonlijke relatie met de H. Engelen, is het zgn. “Engel des Heren”. Dit gebed, wat wij driemaal per dag (samen met het klokkengelui van onze parochie- of kloosterkerken) verrichten, herinnert ons aan de Menswording van de eeuwige Zoon van God. Wij noemen het de “Engel des Heren”, omdat het met de woorden begint: “De Engel des Heren bracht aan Maria de boodschap”. Als wij dit gebed verrichten in herinnering aan het geheim van de Menswording van Gods Zoon, richt zich onze blik steeds weer in dankbaarheid op de Engel, die aan Maria deze boodschap bracht, op de H. Aartsengel Gabriël.

Bij de Heilige Mis

Maar niet alleen bij de “Engel des Heren” denken wij aan het bestaan van de Engelen – bij iedere H. Mis brengt de inleiding tot het Eucharistisch Gebed, de zgn. Prefatie, de verbinding tot stand met de H. Engelen. Hun koren worden vaak met naam genoemd en opgesomd, en deze inleiding roept ons op, om in diepe eerbied met hen de oneindige God te aanbidden, met dat gebed, dat ons uit engelenmond is overgeleverd: het driemaal Heilig.

De H. Schrift vertelt ons, dat Jesaja, toen hij op een dag biddend in de tempel verbleef, zijn roeping tot profeet tijdens het volgende visioen ontving: Serafijnen“ In het sterfjaar van koning Uzzia zag ik de Heer, gezeten op een hoge en verheven troon. De sleep van zijn mantel vulde heel de tempel. Serafs stonden boven Hem opgesteld, elk met zes vleugels: twee om het gelaat te bedekken, twee om de voeten te bedekken, twee om te vliegen. Zij riepen elkaar toe: 'Heilig, heilig, heilig is Jahwe van de machten; al wat de aarde vult is zijn heerlijkheid'. De deurpinnen in de dorpels schudden van het luid geroep en de tempel stond vol rook” (Jes. 6,1-4).

De hier genoemde rook is enerzijds een symbool voor het opstijgende gebed, anderzijds verwijst het naar God als mysterie. God is verhuld, God is ondoorgrondelijk, dat betekent dat een schepsel Zijn Grootheid en Schoonheid niet kan vatten. Hij kan alleen vol eerbied en liefde tot Hem naderen. De rook heeft hier dus niets te doen met walm, maar met wierook, die onder aanbidding aan God wordt aangeboden, en met een sluier, die Zijn mysterie omgeeft. Dit is ook de betekenis waarom wij wierook gebruiken in onze kerken.

De Serafijnen gelden als de hoogste Engelen, die het dichtst staan bij de ondoorgrondelijkheid van God en daarom ook de grootheid en heiligheid van God het meeste erkennen. Van hen hebben wij dat gebed overgenomen, dat in iedere H. Mis het hoogtepunt van het gebeuren inleidt.

Het Sanctus van de H. Engelen

Dit gebed behoort tot de basis-gebeden in het Werk van de H. Engelen en wij vragen u, om het ook steeds weer met uw H. Engelbewaarder en met de H. Engelen van uw familieleden te bidden. Het is heel eenvoudig en zelfs in het Latijn is het gemakkelijk te leren. (Maar u kunt het natuurlijk ook graag in het Nederlands bidden).

Sanctus, Sanctus, Sanctus,
Dominus Deus Sabaoth,
Pleni sunt coeli et terra gloria tua.
Hosanna in excelsis.
Benedictus qui venit in nomine Domini.
Hosanna in excelsis.

Bovendien worden de H. Engelen ook nog in het eerste Eucharistisch Gebed van de H. Mis genoemd, wanneer de priester na de Consecratie aan God vraagt: “Laat deze gaven in de handen van uw H. Engel dragen tot op uw altaar in den hoge, voor uw Goddelijke majesteit”.

En ook reeds aan het begin van de H. Mis, bij de schuldbelijdenis, smeken wij de Engelen als vanzelfsprekend om hun voorspraak voor Gods troon, voor ons zondige mensen. “Daarom smeek ik de heilige Maria, altijd Maagd, alle Engelen en Heiligen, voor mij te bidden tot de Heer onze God”.

Feesten van de Heilige Engelen

Tot de liturgie van de Kerk behoren ook haar liturgische feesten. Wij vieren het Feest van de drie H. Aartsengelen Michael, Gabriël, en Rafael op 29 september en het Feest van de H. Engelbewaarders op 2 Oktober en zingen in de liturgie van deze feesten een aantal mooie hymnen tot lof van de H. Engelen.

AartsengelenAartsengelen, gij staat zo schoon
rondom de Goddelijke troon
in 't hof des hemels opgericht
als luchters van aanzienlijk licht!

Gij eerste Engel Michael,
die voert het hemelse bevel,
sta voor ons in, houd voor ons stand,
red ons met sterke rechterhand.

Gij Gabriël, die aan de Maagd
't geheim vertelt dat God behaagt,
wijs ons de weg der waarheid aan,
leer ons in liefde voort te gaan.

En Rafael, sta gij ons bij,
naar 't hemels heil verlangen wij,
geef gij ons krachten voor de reis,
geleid ons naar het paradijs.

(Laudes, 29.9.)

De H. Engelen in de begrafenisliturgie

Tenslotte ontvouwt zich de verering van de H. Engelen rijkelijk ook in de begrafenisliturgie van de Kerk: bijv. in de Hymne na het Requiem: De Engelen, zij mogen u geleiden naar het paradijs, de Martelaren mogen u ontvangen bij uw komst, en u brengen naar de heilige stad Jeruzalem. Het koor van Engelen moge u ontvangen en moogt gij, samen met de arme Lazarus, vinden de eeuwige rust.

De H. Engelen worden hier niet genoemd, om een sentimentele stemming te laten ontstaan of een mythe op te roepen. Heel eenvoudig wordt de realiteit van de hemelse wereld hier aangereikt. Uit deze liturgie blijkt, dat wij eenmaal een heel vertrouwde omgang met de Engelen in de hemel zullen hebben. Verder is het goed om te weten, dat de dinsdag als weekdag aan de H. Engelen is toegewijd, en de maand September aan de H. Engelbewaarders.

Dit waren slechts enkele voorbeelden uit het kerkelijke leven, die ons de realiteit laten zien van de geestelijke wereld. Zodoende kunnen wij ook op onze vraag aan het begin, waarom wij de H. Engelen vereren, antwoorden: omdat de H. Kerk ze vereert. Lex credendi – lex orandi Ook nu geldt nog het oeroude principe: “Lec credendi – lex orandi”, wat vrij vertaalt betekent: Zoals de Kerk – vooral in haar liturgie- bidt, zo gelooft zij ook.

Nu verwijst de H. Kerk echter dagelijks in haar liturgische handelingen en woorden naar de H. Engelen en roept hen aan, vooral in de Heilige Mis. Wij geloven, dat de Kerk als beschermster van het geloofsgoed en als authentieke vertolkster van de Goddelijke openbaring zich niet vergist, ook niet daar, waar ze vol overtuiging het bestaan van de hemelse geesten bevestigt, die in de H. Schrift Engelen worden genoemd.

De H. Engel, onze trouwste vriend

En dus geloven wij ook aan het bestaan van een persoonlijke Engelbewaarder voor ieder van ons. Zelfs wanneer mensen niet aan hun Engelbewaarder geloven, hebben zij er toch een aan hun zijde, die hen hun leven lang niet verlaat. Hij is werkelijk onze trouwste vriend.

EngelbewaarderDe auteur en dichter Reinhold Schneider schrijft in zijn boek: “De priester in het kerkelijk jaar”: “Een vriend, die wij in de loop der jaren zijn vergeten, zal ons ook niet helpen in de nood – en toch zou juist deze ene vergetene ons kunnen bijstaan op een bepaald stuk van onze levensweg, waar verder niemand anders kan helpen….De vriendschap van de beste vriend, die God ons wil geven voor tijd en eeuwigheid, moet verdiend worden en afgesmeekt, en verheven worden tot een relatie, die dagelijks aan innigheid toeneemt. Ze wil – net zoals de echte relaties onder mensen, die op de eeuwigheid gericht zijn –, tot een werk worden, dat ons door alle uren van het leven begeleidt. We zouden als het ware in een dialoog met onze Engel moeten leven”.

De beste getuigen voor de tegenwoordig zo willekeurig betwijfelde of geloochende waarheden van het geloof zijn de getuigen uit de H. Schrift en de heiligen van alle eeuwen der kerkgeschiedenis. In de volgende rondschrijven willen wij deze met elkaar overwegen, om in onze persoonlijke relatie met onze H. Engelbewaarder steeds meer te groeien.

* Terug